Morgarath is de kwade, grote heerser over een gebied in het zuidoosten van Araluen. Hij was vroeger heerser over het leen Gorlan. Hij wilde toen koning van Araluen worden als de oude koning doodging en daarna de jonge koning Duncan werd gehuldigd. Toen greep hij zijn kans en kreeg een leger van Wargals, een soort wezens die groot en sterk zijn, en viel aan. Morgarath had bijna gewonnen, maar de Grijze Jager Halt stak daar een stokje voor. Halt stuurde een leger met paarden van achter op Morgarath af. Morgarath's leger stortte in. Wargals vluchtten weg, omdat ze bang waren voor paarden. Snel ging Morgarath achter hun aan. Hij zwoer wraak op iedereen die hem had gedwarsboomd. 15 jaar later na de slag had Morgarath ook de Kalkara in zijn bezit en daarmee moordde hij de mensen die hem hadden tegengehouden. Uiteindelijk redde Will Halt O'Carrick, krijgsmeester Roderick en baron Arald en doodt ook de Kalkara. Daarna beraamt Morgarath een plan om Araluen te veroveren. Als eerste werd Celtica veroverd. Koning Duncan zou daarna in een valstrik lopen en dan zouden de Wargals van Morgarath over een geheime brug lopen die de Kelten hadden gebouwd. Ook de Skandiërs hadden een aandeel in het plan. Hun zouden via achter het leger van koning Duncan aanvallen. Daarna zou er verwarring heersen in het leger en dan kon Morgarath toeslaan. Jammer genoeg steken Will en Halt daar alweer een stokje voor. Will en Evanlyn (kroonprinses Cassandra) verbrandden de brug, maar worden dan gevangen genomen door Skandiërs. Halt verslaat het leger Skandiërs die van achter zouden komen met een groot leger met boogschutters, lansiers en Grijze Jagers. Na een paar dagen komt een slag. Morgarath had verloren, maar wilde nog wraak nemen op Halt. Maar Arnaut daagde hem uit. In het tweegevecht dat daarop volgde, won Arnaut van Morgarath. Zo werd Morgarath's leger verslagen en Morgarath zelf gedood. Hij komt voor in het eerste en het tweede boek.