Arabische Lente: verschil tussen versies

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Regel 9: Regel 9:
 
Toen de inwoners van Sidi Bouzid het nieuws over Bouazizi hoorden, gingen veel mensen de straat op om te protesteren tegen de overheid. De regering zorgde ervoor dat deze protesten niet in het nieuws kwamen, maar via sociale media als [[Twitter]] en [[Facebook]] kwamen veel mensen het toch te weten. Op 27 december protesteerden duizend mensen in de hoofdstad [[Tunis]]; ook in andere steden waren demonstraties. De politie gebruikte vaak geweld tegen de demonstranten, maar daardoor werd de boosheid alleen maar groter. President Zine El Abidine Ben Ali, die al sinds 1987 regeerde, probeerde de protesten te stoppen door politici te ontslaan en meer werk te beloven, maar op 14 januari 2011 moest hij vluchten naar [[Saoedi-Arabië]].
 
Toen de inwoners van Sidi Bouzid het nieuws over Bouazizi hoorden, gingen veel mensen de straat op om te protesteren tegen de overheid. De regering zorgde ervoor dat deze protesten niet in het nieuws kwamen, maar via sociale media als [[Twitter]] en [[Facebook]] kwamen veel mensen het toch te weten. Op 27 december protesteerden duizend mensen in de hoofdstad [[Tunis]]; ook in andere steden waren demonstraties. De politie gebruikte vaak geweld tegen de demonstranten, maar daardoor werd de boosheid alleen maar groter. President Zine El Abidine Ben Ali, die al sinds 1987 regeerde, probeerde de protesten te stoppen door politici te ontslaan en meer werk te beloven, maar op 14 januari 2011 moest hij vluchten naar [[Saoedi-Arabië]].
   
De nieuwe president werd Fouad Mebazaa, die eerst voorzitter was van het [[parlement]]. De mensen bleven protesteren, omdat Mebazaa en minister-president Mohammed Ghannouchi bij dezelfde politieke [[partij]] hoorden als Ben Ali. Daarom stapten zij op 18 januari uit de partij en kwam er op 27 februari een nieuwe minister-president, Beji Caid Essebsi. Op 9 maart werd de RCD (de partij van Ben Ali) opgeheven. Op 23 oktober werden de eerste vrije verkiezingen gehouden, die werden gewonnen door de[[islam|islamitische]] Ennahda-partij. In december werd Moncef Marzouki de president en Hamadi Jebali de minister-president.
+
De nieuwe president werd Fouad Mebazaa, die eerst voorzitter was van het [[parlement]]. De mensen bleven protesteren, omdat Mebazaa en minister-president Mohammed Ghannouchi bij dezelfde [[politieke partij]] hoorden als Ben Ali. Daarom stapten zij op 18 januari uit de partij en kwam er op 27 februari een nieuwe minister-president, Beji Caid Essebsi. Op 9 maart werd de RCD (de partij van Ben Ali) opgeheven. Op 23 oktober werden de eerste vrije verkiezingen gehouden, die werden gewonnen door de [[islam|islamitische]] Ennahda-partij. In december werd Moncef Marzouki de president en Hamadi Jebali de minister-president.
  +
  +
Tunesië is het enige Arabische land dat tegenwoordig nog steeds een [[democratie]] is.
   
 
[[Categorie: Midden-Oosten]]
 
[[Categorie: Midden-Oosten]]

Versie van 20 okt 2015 20:50

Under construction icon-red.svg Werk in uitvoering!
Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt.
Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren.
De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel.
Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken.
Under construction icon-red.svg
Dit artikel is nog niet af.

De Arabische Lente is een reeks opstanden in de Arabische Wereld, die zijn begonnen in december 2010 in Tunesië. In veel Arabische landen kwamen mensen in opstand tegen hun leiders, omdat ze vonden dat die te weinig deden tegen de werkloosheid, armoede en corruptie in de Arabische landen. De meeste Arabische landen waren dictaturen, waar de bevolking geen invloed had op het bestuur en geen kritiek mocht hebben op de regering. De protesten zorgden ervoor dat in 2011 de leiders van Tunesië, Egypte, Libië en Jemen werden afgezet; in sommige landen, bijvoorbeeld Marokko, bleef de regering zitten maar kwamen er wel veranderingen in het bestuur. Er waren ook landen waar de regering niets wilde weten van zulke veranderingen: een voorbeeld hiervan is Syrië, waar nu nog steeds een burgeroorlog bezig is.

Sinds de Arabische Lente is het in veel Arabische landen onrustig, omdat er na het verdrijven van de oude leiders ruzie ontstond om de macht. In Libië en Syrië is er een burgeroorlog, en in landen als Egypte zijn er gevechten tussen verschillende politieke groepen. Ook terroristische groepen zoals IS hebben in verschillende landen gebied veroverd.

Tunesië

Hier begonnen de protesten op 17 december 2010, in de stad Sidi Bouzid. Een man genaamd Mohammed Bouazizi verkocht op straat groente en fruit om geld te verdienen voor zijn familie, terwijl hij daar geen vergunning voor had. Toen de politie dat ontdekte, werd hij geslagen en werd zijn kar omgegooid. Hierna ging Bouazizi naar het kantoor van de gouverneur om te klagen, maar er werd niet naar hem geluisterd. Hij was nu erg boos op de politie en de overheid, en zag nu geen manier meer om geld te verdienen. Uit protest stak hij zichzelf in brand; hij werd nog naar het ziekenhuis gebracht, maar overleefde het niet.

Toen de inwoners van Sidi Bouzid het nieuws over Bouazizi hoorden, gingen veel mensen de straat op om te protesteren tegen de overheid. De regering zorgde ervoor dat deze protesten niet in het nieuws kwamen, maar via sociale media als Twitter en Facebook kwamen veel mensen het toch te weten. Op 27 december protesteerden duizend mensen in de hoofdstad Tunis; ook in andere steden waren demonstraties. De politie gebruikte vaak geweld tegen de demonstranten, maar daardoor werd de boosheid alleen maar groter. President Zine El Abidine Ben Ali, die al sinds 1987 regeerde, probeerde de protesten te stoppen door politici te ontslaan en meer werk te beloven, maar op 14 januari 2011 moest hij vluchten naar Saoedi-Arabië.

De nieuwe president werd Fouad Mebazaa, die eerst voorzitter was van het parlement. De mensen bleven protesteren, omdat Mebazaa en minister-president Mohammed Ghannouchi bij dezelfde politieke partij hoorden als Ben Ali. Daarom stapten zij op 18 januari uit de partij en kwam er op 27 februari een nieuwe minister-president, Beji Caid Essebsi. Op 9 maart werd de RCD (de partij van Ben Ali) opgeheven. Op 23 oktober werden de eerste vrije verkiezingen gehouden, die werden gewonnen door de islamitische Ennahda-partij. In december werd Moncef Marzouki de president en Hamadi Jebali de minister-president.

Tunesië is het enige Arabische land dat tegenwoordig nog steeds een democratie is.

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Arabische_Lente&oldid=419476"