Egyptische oudheid

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Deus Egyptische oudheid.png Over dit artikel en/of onderwerp bestaat er ook een portaal! Klik hier om het portaal te bekijken!

Het Oude Egypte is de term voor Egypte gedurende de periode 3000 v.Chr. - 332 v.Chr.

Het begin

Narmerpalet
Opper-Egypte kaart
Neder-Egypte

In het begin was Egypte geen land, maar waren er twee landen op de plek van Egypte. Deze landen heetten Opper- en Neder-Egypte. Nu zou je denken dat Opper-Egypte in het noorden lag en Neder-Egypte in het zuiden, maar dit was precies andersom! Dat heeft te maken met de stroomrichting van de Nijl. Die ontspringt in Ethiopië en stroomt naar het noorden. Dus de Nijl kwam eerst door Opper-Egypte en daarna door Neder-Egypte. Onder farao Narmer werd Neder-Egypte veroverd door Opper-Egypte. Hierdoor kwam er één land. Deze gebeurtenis staat afgebeeld op het Narmerpalet.

Het verenigde Egypte ontwikkelt zich verder. Het leger wordt uitgebreid, er wordt gebouwd...



Oude rijk

Met de 4e dynastie breekt ook het tijdperk van het Oude Rijk aan. Architecten bouwen de eerste trappiramides door de oude grafmonumenten te stapelen, de bekende knikpiramide van Snofroe wordt gebouwd, en er gebeurt nog veel meer.

Tijdens het Oude Rijk is de farao de almachtige baas. Hij is de vertegenwoordiger namens de goden.

Het leger groeit, en er worden expedities naar Koesj (Nubië) gestart. Het rijk wordt sterker en krijgt meer grondstoffen en grondgebied, maar na een aantal zwakke farao's stort het rijk onder farao Nitokris in. De lokale heersers trekken alle macht naar zich toe en de woelige Eerste Tussenperiode breekt aan.

Eerste Tussenperiode

Tijdens de Eerste Tussenperiode beginnen de farao's hun macht kwijt te raken. Verschillende lokale heersers namen veel macht voor zichzelf en begonnen onafhankelijker te worden. Het rijk begon langzamerhand in drie delen te bestaan: het gebied rond Thebe (Egyptisch: Waset), het gebied rond Memphis (Egyptisch: Ineboe Hedj), en het gebied rond Heracleopolis Magna (Egyptisch: Hoet-nen-nesoe). Uiteindelijk weten de heersers van Thebe, geleid door Mentoehotep II, de rest van Egypte weer bijeen te brengen en beginnen zo het Middenrijk.

Middenrijk

In vergelijking met de Eerste Tussenperiode was het Middenrijk een veel betere tijd. De 11e dynastie van Mentoehotep II had weer de macht over heel Egypte, waardoor het gebied stabiel was en daardoor rijker kon worden. In deze periode bouwden de farao's heel veel gebouwen, en ook werd het populairder om in een piramide begraven te worden. De handel met het Midden-Oosten was zeer belangrijk en winstgevend in deze tijd.

Na de 11e dynastie kwam de 12e dynastie aan de macht. Toen ook zij werden vervangen door de 13e dynastie ging het weer achteruit. Zij hadden namelijk nooit sterke leiders gehad. Nadat zij aan de macht waren stortte Egypte opnieuw in een Tussenperiode, de tweede ditmaal.

Tweede Tussenperiode

Weer was Egypte na korte tijd van een enkele staat in een groot aantal (half-)onafhankelijke gebieden verandert. Wat het nog lastiger maakte voor de Egyptenaren was toen een volk genaamd de Hyksos, die uit het Midden-Oosten kwamen, het noorden van Egypte binnenviel en zonder al te veel moeite overnam. Opvallend genoeg bleven de heersers uit Thebe weer onafhankelijk, en weer zouden zij Egypte herenigen. Rond 1550 voor Christus wist de farao Ahmose I de Hyksos voorgoed te verdrijven. Zo ontstond het Nieuwe Rijk.

Nieuwe rijk

Met de komst van de 18e dynastie, waar onder andere Toetanchamon toe behoorde, breekt de tijd van het Nieuwe Rijk aan. Tijdens dit tijdperk is de macht van Egypte het grootst.

Afbrokkeling

Na het nieuwe rijk neemt de macht van Egypte ernstig af. Farao's regeren kort en de macht verschuift naar lokale heersers.

De Ptolemaeën, de laatste dynastie

Tijdens de dynastie van de Ptolemaeën raakt de Egyptische cultuur vermengd met de Griekse.

De Nijl

Egyptische mythologie over het hiernamaals

Door Egypte stroomt de Nijl, als de Nijl er niet was geweest was Egypte een droog land. De Nijl neemt namelijk slip mee. Slip is heel vruchtbaar. Gebieden langs de bijna 1000 km lange Nijl zijn daarom handig voor landbouw. Er werd eerst alleen maar wilde tarwe gekweekt maar na een tijdje begonnen ze ook eigen gewassen te kweken. De Egyptische bevolking wist al snel hoe je het water van de rivier de gedurende tijd van het jaar te benutten, ze groeven kanalen om het land te kunnen bevloeien (irrigeren). Rond 3000 V.C. werden alle staten een staat. Die staat werd geregeerd door een Farao. Als de farao dood ging werd er goed gezorgd voor het lichaam. Het lichaam werd verpakt als mummie wanneer de farao het rotsgraf in ging kwamen er bijzondere schatten mee. Ook bij gewone mensen kregen bijzondere spullen mee, van hun familie. Over een mummies hoofd ging een dodenmasker heen.

Piramides

Piramides van Gizeh

In Egypte staan heel veel piramides. Die maken ze door stenen op een bepaalde manier op elkaar te stapelen. Eerst vervoerden ze die stenen met boten, maar later met sledes. Dat ging veel sneller. Helemaal boven in de piramide lag het graf van de farao. De piramiden van Gizeh werden gebouwd tijdens de vierde dynastie (tussen circa 2551 en 2472 v.Chr., kortweg: vroege bronstijd). Het is wonderlijk hoe men toen met primitieve (eenvoudige) gereedschappen dit voor elkaar heeft gekregen.

Mummies

Als beroemde of belangrijke mensen dood gingen werden ze geconserveerd. En daarna gemummificeerd. Als ze geconserveerd werden werden hun hersenen eruit gehaald. Dat deden ze door met een grote haak in de neus te gaan. Door een snede in de zij met een vuurstenen mes werden de organen verwijderd ze door met een grote eruit te halen. Al die organen en hersenen stoppen ze in speciale kruiken (canopen). Ze laten het hart wel met rust. Daarna werden ze in een bad met natronzout gelegd. Dat duurde 30 dagen lang. Dat was omdat je lichaam dan langer goed blijft. Als allerlaatst werd het lichaam gemummificeerd. Het woord 'mummie' komt van het Iraans/Perzisch mumya dat 'pek' of 'asfalt' betekent. Het lichaam werd met een soort olie ingewreven en werd zo zwart. Ook de enorme droogte in het gebied zorgde ervoor dat lichamen (ook de zachte delen en de huis) bewaard bleven. Dan werd je in linnen doeken gewikkeld en in een doodskist (sarcofaag) gelegd. Vaak werden daar ook grafgiften aan toegevoegd. Aan het begin van het graf werd een naambord van de overledene geplaatst (cartouche).

Koningsgraven

De Egyptenaren vonden het leven na de dood heel belangrijk. Daarom maakten ze de mooiste dingen voor hun doden. Denk maar eens aan de sarcofaag van Toetanchamon of aan het Egyptische dodenboek. Het stond allemaal vol met allerlei magische spreuken die zouden moeten helpen op de reis in het hiernamaals.

De Farao

De farao’s oftewel de Egyptische koningen waren machtige heersers. Het woord farao betekent letterlijk "het Grote Huis". De farao was de belangrijkste en machtigste persoon van heel Egypte. De farao bezat al het land en de boeren moesten hem een deel van hun oogst afstaan. Het graf van een farao is een piramide. Om het koninklijke bloed te houden trouwde de farao vaak met zijn zuster of halfzuster. Erg gezond is dit niet. Bij Toetanchamon is uit onderzoek gebleken dat hij door deze inteelt tamelijk ongezond was. Hij was 19 toen hij stierf en was ongeveer 1,68 m lang. Er zat 1 cm verschil tussen de lengte van zijn benen en hij had een ietwat scheve ruggengraat. Daarnaast had hij een zogeheten klompvoet en miste een teen aan de andere voet. Alle kwalen waar hij aan leed waren waarschijnlijk het gevolg van een botziekte die hij had en zijn zwakke immuunsysteem.

Farao's stonden helemaal bovenaan in de Egyptische samenleving.

Leven in het Oude Egypte

Woningen

In Egypte was er een onderscheid tussen het gewone volk en de rijken. De gewone mensen leefden in kleine, eenvoudige huisjes. Ze hadden geen etages. Het huis had twee woonvertrekken: een woonkamer en een ontvangkamer waar ze gasten ontvingen. Omdat hout te duur en schaars was, werden de huizen gebouwd met tichels. Dit waren kleistenen gemaakt uit het slib van de Nijl. Ze werden in de zon gedroogd. Het dak werd vervaardigd uit riet.

De rijken woonden in grote huizen met een etage. Het huis was rechthoekig van vorm en had een dak-veranda met vensteropeningen naar het noorden gericht. Rondom het huis lag er een mooie tuin met een waterbassin. De huizen werden gemaakt uit baksteen, natuursteen en hout.

Kledij

Man en vrouw in oud Egyptische kledij

Ook hier was er een onderscheid tussen rijk of arm. Het gewone volk droegen de mannen een heupschort of lendendoek. Rijke mannen droegen er nog een lang, recht kleed boven dat versierd was met kralen. Vrouwen droegen een lange tunica zonder mouwen met daarboven een doorschijnend kleed met een strakke gordel. Rijke vrouwen en mannen droegen graag mooie juwelen gemaakt van beenderen en edelstenen. De rijken droegen pruiken gemaakt van echt mensenhaar. Het gewone volk droeg een vilten kapje als bescherming tegen de zon. Korte haren waren in Egypte een teken van rijkdom.

Relaties tot andere landen

Egypte was een rijk dat het niet heel goed kon vinden met zijn buren, zoals het Hettitische rijk. Deze twee voerden meerdere oorlogen.

Vazalstaten

Landen waar ze het iets beter mee konden vinden waren zogenoemde vazalstaten. Dat zijn landen die precies doen wat een ander land, in dit geval Egypte, zegt. Voorbeelden hiervan zijn Nubië en een aantal losse stadstaten.

Video

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Egyptische_oudheid&oldid=842870"