Gebruiker:MLNBLD/kladblok

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Voor herschrijven: Het Romeinse Rijk

Geschiedenis van het Romeinse Rijk

Roman Empire map.svg


Romeins Koninkrijk
ca. 750 - 509 v.Chr.
Romeinse Republiek
ca. 509 - 27 v.Chr.
Romeinse Keizerrijk
Principaat
27 v.Chr. - 284 n.Chr.
Dominaat
284 - 395 n.Chr.
West-Romeinse Rijk (val)
395 - 476
Oost-Romeinse Keizerrijk (val)
395 - 1453
Portaalicoon Portaal: Geschiedenis
Portaalicoon Portaal: Romeinse Oudheid
Bestand:RomanEmpireLocation.png
Het Romeinse Rijk op zijn grootst, onder keizer Trajanus

Het Romeinse Rijk was het rijk van de Romeinen. De hoofdstad van het Romeinse Rijk was Rome. Het Romeinse Rijk werd eerst geregeerd door koningen (het Romeinse Koninkrijk), daarna werd het geregeerd door de senaat en consuls (de Romeinse Republiek) en tot slot waren de keizers de baas (het Romeinse Keizerrijk). Het Romeinse Rijk bestond van 753 voor Christus tot 476 na Christus. Het viel in 285 na Christus uit elkaar in het West- en Oost-Romeinse Rijk. Het West-Romeinse Rijk viel uiteen en werd veroverd door een hoop stammen. Het Oost-Romeinse Rijk bestond onder de naam het Byzantijnse Rijk nog tot 1453. Op zijn hoogtepunt besloeg het Romeinse Rijk een gebied dat van Schotland tot Iran liep en van Midden-Duitsland tot Zuid-Egypte.

Bevolking

De bevolking van het Romeinse Rijk bestond uit vier groepen:

  1. Patriciërs (Een groep rijke, adelijke families uit Rome . De meeste senatoren en consuls waren patriciërs.)
  2. Plebejers (De normale burgers van Rome en Italië, zowel rijken als armen.)
  3. Slaven (Slaven werden uit veroverde gebieden gehaald en moesten hard werken.)
  4. Buitenlanders (Mensen die in veroverde gebieden woonden. Hadden geen burgerrechten.)

Geschiedenis

De geschiedenis van het Romeinse Rijk bestond uit drie tijdperken:

  • 753 v.Chr. tot 509 v.Chr. - Het Romeinse Koninkrijk
  • 509 v.Chr. tot 27 v.Chr. - De Romeinse Republiek
  • 27 v.Chr. tot 476 n.Chr. - Het Romeinse Keizerrijk

Stichting van Rome

De Romeinen hadden een heel mooi verhaal over het ontstaan van hun stad. Dit begint in ongeveer 1000 v.Chr, als de legendarische held Aeneas vlucht uit Troje, een oude stad in wat nu Turkije is, en zich na jaren rondzweren op de Middellandse Zee vestigt in het gebied rondom Rome. Hij verslaat de koning en wordt koning van het gebied, waaronder de stad Alba Longa. 250 jaar lang zijn de zoons en kleinzoons van Aeneas de leider van de stad Alba Longa. Dan wordt Numitor koning. Zijn broer Amulius is jaloers en zet Numitor af. Hij doodt Numitor's zoons en kleinzoons zodat niemand wraak neemt op hem. Hij wil ook Romulus en Remus laten doden, twee kleinzoons van Numitor, ook al zijn zij nog maar baby's.

Romulus en Remus drinken bij de wolf die ze heeft gered

De soldaten die de opdracht hebben om hen te doden vinden het zielig, en zetten de tweeling stiekem in een mandje op de rivier. Het mandje wordt gevonden door een wolvin, die Romulus en Remus zoogt alsof zij haar eigen jongen zijn. Een herder vindt de tweeling na een aantal maanden en voedt ze op als herdersjongens. Als ze oud genoeg zijn vertelt de herder aan Romulus en Remus dat ze eigenlijk kleinzoons zijn van Numitor. Romulus en Remus gaan naar Alba Longa en doden koning Amulius, waardoor Numitor weer op de troon komt.

Daarna vertrekken Romulus en Remus terug naar de rivier waar zij gevonden zijn. Ze vinden het niet fijn in Alba Longa. Ze zien dat bij de rivier zeven mooie heuvels vol vruchtbare grond zijn, en ze besluiten om een stad te bouwen. Met wat vrienden bouwen ze muren om een aantal van heuvels heen. Dit is in het jaar 753 voor Christus. Romulus en Remus krijgen echter ruzie om wie koning mag worden, en Romulus vermoordt Remus. Zo wordt Romulus de eerste koning van Rome.

Maar dit verhaal is niet waar. De Romeinen hebben het bedacht, om een mooi verhaal te kunnen vertellen waar ze trots op kunnen zijn. In werkelijkheid ontstond Rome zoals veel andere steden; als een klein dorpje met vruchtbare grond aan een rivier. Grond en een rivier zijn namelijk belangrijk om voedsel te kunnen verbouwen. Een paar van de heuvels van Rome waren al in 1000 v.Chr. bewoond. Tweehonderd jaar later, in 800 v.Chr, waren alle heuvels bewoond en verdedigd met muren. Zeker is dat in 600 v.Chr. Rome een grote stad was, hoogstwaarschijnlijk met een koning. De Romeinen stonden onder invloed van de Etrusken, een ontwikkeld volk in het noorden van Italië. Waarschijnlijk hebben de Romeinen voor hun cultuur veel dingen overgenomen van de Etrusken.

Het Romeinse Koninkrijk

Het Romeinse Koninkrijk was de tijd waarin Rome bestuurd werd door een koning. Het liep van 753 voor Christus (wat dus niet zeker is, maar volgens de legende) tot 509 voor Christus (wat een stuk zekerder is, omdat er meer betrouwbare bronnen zijn uit die tijd). Zeker was dat Rome een koning had, en dat deze, vooral de laatste 120 jaar, een Etrusk was. De Romeinen hebben mooie verhalen over de koningstijd. Deze hebben een kern van waarheid, maar er zijn ook delen verzonnen. In totaal waren er zeven koningen. De eerste koning, Romulus, was mythisch (niet echt), maar de zes koningen die hem opvolgden bestonden wel.

De Sabijnse Maagdenroof

Toen Rome net werd gesticht waren er heel veel mannen, maar heel weinig vrouwen. Er konden dus geen kinderen worden gemaakt voor de volgende generaties. Koning Romulus bedacht toen het plan om vrouwen te stelen bij de Sabijnen, die dichtbij woonden. Dit werd bekend als de Sabijnse Maagdenroof. De Sabijnen waren woedend en begonnen een oorlog met Rome, die ze na lange tijd wonnen. De Sabijnen wilden Rome verwoesten en alle inwoners doden, maar de vrouwen, die van hun Romeinse mannen waren gaan houden, smeekten om vrede. In dit vredesverdrag stond dat de Sabijnen ook in de stad Rome mochten gaan wonen, en dat de koning van Rome afwisselend een Latijn (oorspronkelijke inwoner van Rome) en een Sabijn moest zijn. Onder koning Romulus werd ook de senaat ingevoerd.

Toen Romulus stierf (en volgens de legende een god werd, genaamd Quirinius), werd dus een Sabijn koning, Numa Pompilius. Numa besteedde veel aandacht aan de Romeinse godsdienst en liet veel tempels bouwen. Na Numa werd de Latijn Tullus Hostilius. Hij voerde veel oorlogen, en veroverde bijvoorbeeld de stad Alba Longa, waar Romulus en Remus vandaan kwamen. Volgens de legende waren de goden boos op Tullus omdat hij de tempels van de vorige koning Numa verwaarloosde. Zij doodden hem met een bliksemschicht en stuurden de pest op Rome af.

De restanten van het Forum Romanum

De volgende koning was weer een Sabijn, Ancus Marcius. Hij breidde Rome uit met een achtste heuvel, en stichtte een havenplaatsje, Ostia, zodat Rome beter handel kon drijven. In deze tijd werden de Etruskers zeer machtig en kregen zeer veel invloed. De Etruskische adviseur van Ancus Marcius, Tarquinius Priscus, werd zelfs de volgende koning. Hij liet zeer veel belangrijke gebouwen bouwen, zoals het Circus Maximus, een plek waar wagenrennen werden gehouden, het Cloaca Maxima, het eerste Romeinse riool, en het Forum Romanum, een gigantisch plein waaraan een hoop belangrijke gebouwen waren bevestigd. In het paleis van Tarquinius Priscus woonde een slavenjongen, Servius Tullius. Tarquinius Priscus kreeg een voorteken van de goden dat Servius belangrijk zou zijn, en Tarquinius Priscus benoemde Servius tot zijn opvolger.

Servius Tullius was een goede koning: hij richtte de volksvergadering op en herbouwde de stadsmuur. Maar de zoons van Tarquinius Priscus waren woedend dat Servius koning was in plaats van dat zij hun vader opvolgden. Vooral de zoon Tarquinius Superbus was woedend. Hij hitste de mensen en de Senaat op tegen Servius, waardoor zij Servius doodden.

Tarquinius Superbus werd de volgende koning, en ook de laatste koning van Rome. Tarquinius Superbus zette de Senaat vol met zijn medestanders. De zoon van Tarquinius Superbus verkrachtte de vrouw Lucretia, en de bevolking was woedend. Als de zoon van de koning zich zo zou gedragen, zou de koning vast niet beter zijn! Onder leiding van Lucius Junius Brutus, familie van Lucretia, werd de koning de stad uit gezet. Hij kwam nog terug met het leger van een andere Etruskische koning, maar die konden de stad niet innemen door het optreden van legendarsiche helden zoals Horatius en Gaius Mucius. Het Romeinse Koninkrijk was voorbij, de tijd van de consuls begon.

De Romeinse Republiek

De Romeinen wilden geen koning meer, en besloten dat Lucius Junius Brutus een nieuwe regering moest bedenken. Hij bedacht het syteem waarbij twee consuls de baas waren, en de Senaat de consuls hielp met beslissingen. Elk jaar werden er twee nieuwe consuls gekozen. Dit systeem was gemaakt zodat er niemand meer was die heel veel macht had, zoals een koning, en het begon in 509 voor Christus.

De plebejers (mensen die niet van adel zijn, zie kopje Bevolking) waren echter boos dat alle consuls en senatoren patriciërs (rijke mensen van adel) waren. De plebejers dreigden allemaal de stad te verlaten. Dit wilden de patriciërs natuurlijk niet, want dan had de stad bijvoorbeeld ook geen soldaten meer. Daarom werden de tribunen aangesteld, een soort van consuls voor de plebejers. Bovendien mochten de plebejers nu hun eigen wetten maken op hun eigen vergaderingen. In deze tijd werden ook de wetten van de Twaalf Tafelen geschreven, wetten die geschreven waren door een team van vijf patriciërs en vijf plebejers. In die wetten stonden onder andere welke rechten een Romeins burger had. Het waren de eerste geschreven wetten van Rome.

De Romeinen wilden ook hun macht uitbreiden in Italië. In een reeks oorlogen met de Etrusken en drie beroemde oorlogen met de Samnieten veroverden zij heel Italië ten zuiden van de rivier de Po. Alleen een aantal Griekse kolonies in het zuiden bleven onafhankelijk. De Romeinen hadden veel respect voor de Grieken, en uit de Griekse cultuur namen zijn veel dingen over.

Het jaartal is intussen 264 voor Christus. De Romeinse Republiek bestaat al meer dan 200 jaar, en in die tijd is heel Italië veroverd. Daardoor kwamen de Romeinen ook in aanraking met de Carthagers, mensen uit de grote stad Carthago die erg goed waren in handelen en de scheepsvaart en in de hele Middellandse Zee kolonies hadden. Tussen Rome en Carthago brak in 264 v.Chr. de Eerste Punische Oorlog uit. Deze werd vooral gevochten op zee. Eerst verloor Rome veel, doordat de Carthagers veel meer ervaring hadden met boten, maar toen Rome een goede vloot bouwde wisten ze te winnen en veroverden ze de eilanden Sardinië en Sicilië. Dit werden de eerste provincies van Rome; gebieden die niet in Italië waren maar toch door Rome bestuurd werden. Enkele jaren later kreeg Rome ook een provincie in Noord-Italie, bij de Alpen. Rome kreeg ook invloed in een paar steden in Spanje, maar het veroverde deze niet: het was te moeilijk om deze steden te besturen als ze zo ver van Rome vandaan lagen, en er ook nog eens vijanden ( de Carthagers) in de buurt waren.

Carthago had echter ook invloed in Spanje. Daardoor ontstond de Tweede Punische Oorlog in 218 voor Christus. De stad Saguntum was Romeins bondgenoot, maar Carthago zei dat Saguntum bij hen hoorde. Daarom nam Carthago, onder leiding van generaal Hannibal, de stad in. Vervolgens ging Hannibal met een gigantisch leger op pad naar Italië om de Romeinen daar te verslaan. Beroemd werd Hannibal vooral doordat hij met dit leger, waarbij ook enkele olifanten waren, de Alpen over stak. Vervolgens bracht hij de Romeinen veel nederlagen toe. Tienduizenden Romeinse soldaten kwamen om. De Romeinen zagen dat ze Hannibal nooit konden verslaan in een rechtstreeks gevecht. Ze besloten daarom Hannibal in te sluiten, zodat hij geen versterkingen kon krijgen, en veroverden ondertussen de Carthaagse steden in Spanje.

Toen de Romeinen ook in Afrika, dichtbij Hannibal's stad Carthago, begonnen te vechten, ging Hannibal gauw naar huis met zijn leger om zijn stad te redden. Dit kon hij echter niet. Zijn leger was nog moe van de overtocht van Italië naar Afrika en werd verslagen in de Slag bij Zama door de Romeinse generaal Scipio, die de bijnaam Africanus kreeg omdat hij Noord-Afrika had veroverd. Spanje en Carthago werden provincies van de Romeinse Republiek.

De Derde Punische Oorlog begon in 149 voor Christus, aangespoord door de senator Cato. Rome steunde het volk van de Numidiërs, en toen Carthago een oorlog begon met de Numidiërs wilde Rome voor eens en altijd met Carthago afrekenen. De stad Carthago werd volledig afgebrand en verwoest, en alle inwoners werden slaven. Zo kwam er na meer dan honderd jaar een einde aan de oorlogen tussen Rome en Carthago.

Ondertussen voerde Rome ook oorlog met het koninkrijk Macedonië, in Zuid-Oost Europa, wat erg machtig was door Alexander de Grote die honderd jaar eerder had geleefd. Macedonië viel steden in Griekenland aan, maar omdat de Romeinen en Grieken bondgenoten waren viel Rome Macedonië aan. Er waren liefst vier oorlogen nodig voordat Rome heel Macedonië als provincie had veroverd in 148 voor Christus.

Populares en Optimates

De tegenstellingen tussen rijk en arm werden in Rome alsmaar groter. Ook in de senaat ontstond een tegenstelling: die tussen de populares en de optimates. De populares wilden meer macht en aandacht voor het volk, terwijl de optimates meer macht wilden voor de senaat. De meeste senatoren waren optimates, natuurlijk. Maar er waren toch enkele populares, bijvoorbeeld de broers Tiberius en Gaius Gracchus. Zij wilden ervoor zorgen dat senatoren met heel veel land een beetje moesten geven aan arme boeren, zodat zij ook genoeg te eten hadden. De optimates lieten de broers Gracchus vermoorden, waardoor het volk heel boos werd. De populares stonden immers aan hun kant. Er was dus veel spanning in Rome.

Ondertussen waren twee succesvolle generaals bezig meer gebied te veroveren voor Rome: Marius (de oom van Julius Caesar) en Sulla. Samen versloegen ze de Mauritaniërs en Teutonen. Bovendien versloeg Marius de Cimbren, en versloeg Sulla de opstandige Italiaanse steden die vonden dat Rome ze slecht behandelde. Marius was mateloos populair en werd verkozen tot consul, liefst zes keer, terwijl Sulla een beetje werd vergeten. Sulla werd dus jaloers. Bovendien werd Marius meer en meer een populares, terwijl Sulla een optimates werd. Toen de Romeinen dan ook nog eens Marius kozen om een belangrijke oorlog tegen het land Pontus te voeren, was Sulla het al helemaal zat. Hij nam met soldaten die hem trouw waren de stad in en benoemde zichzelf tot dictator.

Dit is echter een hele ander soort dictator dan wij nu kennen. Wij denken bij een dictator aan iemand die alle macht heeft in het land en het volk onderdrukt. In de Romeinse tijd was een dictator echter iemand die werd aangesteld om in oorlogstijd goede en snelle beslissingen te kunnen nemen zonder te hoeven discussiëren met de senaat, consuls, en tribunen. Een dictator had maar zes maanden de macht, waarna de consuls weer de baas werden, maar Sulla zorgde ervoor dat hij liefst twee jaar de macht hield, in 81 en 80 v.Chr. In die tijd liet hij heel veel mensen doden: liefst 90 senatoren (meestal populares), en 26.000 plebejers. Veel van hen werden vermoord omdat Sulla hun geld wilde hebben. Ook liet hij Marius verbannen naar Afrika.

Na Sulla's dood in 78 v.Chr. werden zijn vertrouwelingen (en dus ook optimates) Pompejus en Crassus de machtigste mannen van Rome. Ze werden allebei consul en wisten belangrijke slagen te winnen. Crassus onderdrukte de slavenopstand onder Spartacus en Pompejus veroverde de provincies Syrië en Judea. In deze tijd begon Julius Caesar, een bekende populares, zijn politieke carrière. Caesar zou uiteindelijk de macht in Rome overnemen en een einde maken aan de Republiek, maar hier ging een hele reeks gebeurtenissen aan vooraf.

Burgeroorlogen en Julius Caesar

In 60 voor Christus sloten Caesar, Crassus, en Pompejus een verbond, bekend als het Eerste Triumviraat, oftewel driemanschap. Ze zouden elkaar helpen om zo veel mogelijk macht te krijgen. Om het verbond officieel te maken liet Caesar zijn dochter trouwen met Pompejus. Caesar werd in 59 voor Christus met behulp van Pompejus en Crassus consul. Tijdens die tijd zorgde hij ervoor dat hij het jaar erna een oorlog kon voeren, en dat deed hij. In 58 v.Chr. begon Julius Caesar de Gallische Oorlog. Binnen vier jaar had hij het gebied wat nu Frankrijk, België, en Zuid-Nederland is veroverd. Maar veel Gallische stammen waren boos, en de komende jaren was hij druk met het neerslaan van opstanden. Het kwam in 52 v.Chr. tot een beslissende slag bij de stad Alesia, waar de laatste opstandige Galliërs onder leiding van Vercingetorix waren. Caesar won de slag nadat hij de stad maandenlang had belegerd, en zo werd heel Gallië deel van het Romeinse Rijk. Caesar werd hierdoor mateloos populair, en er werd zelfs twintig dagen lang feest gevierd ter ere van hem.

Het Eerste Triumviraat was inmiddels uit elkaar gevallen doordat Crassus in 53 v.Chr. omkwam bij een veldslag in het Midden-Oosten.

Augustus en het Romeinse Keizerrijk

Splitsing van het Rijk

Het Einde van het Romeinse Rijk

Bestuur

Consuls

De Senaat

Keizers

Burgerrechten

Dagelijks Leven

Eten

Kleding

School

Vrije Tijd en Sport

Familie

Architectuur

Huizen

Beroemde Gebouwen

Godsdienst

Goden

Mythologie

Christendom in het Romeinse Rijk

Geografie

De grootte van het Romeinse Rijk in verschillende jaartallen

Grenzen

Provincies

Hedendaagse Landen

Leger

Opbouw van het Leger

Uitrusting van een Soldaat

Legerkampen en de Limes

Dienstplicht en Veteranen

Opgravingen

Videolinks

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Gebruiker:MLNBLD/kladblok&oldid=438490"