Geschiedenis van de Verenigde Staten

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Under construction icon-red.svg Werk in uitvoering!
Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt.
Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren.
De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel.
Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken.
Toelichting: Huidige tekst wordt nagelopen, aangevuld en aangepast en verplaatst naar Verenigde Staten als samenvatting
Under construction icon-red.svg
Dit artikel is nog niet af.
Geschiedenis van Verenigde Staten
Statueoflibertywithflag.png
Pre-colonial Period (-1607)
Colonial Period (1607-1765)
Revolutionary Era (1765-1783)
Confederation Period (1783-1788)
Federalist Era (1788-1801)
Jeffersian Era (1801-1817)
Era of Good Feelings (1817-1825)
Jacksonian Era (1825-1849)
Civil War Period (1850-1865)
Reconstructie (1865-1877)
Gilded Age (1877-1895)
Progressive Era (1895-1916)
Eerste Wereldoorlog (1917-1919)
Roaring twenties (1920-1929)
Grote Depressie (1929-1941)
Tweede Wereldoorlog (1941-1945)
Post-war Era (1945-1964)
Civil Rights Era (1965-1980)
Reagan Era (1981-1991)
Post-Cold War Era (1991-2008)
Moderne geschiedenis (2008-heden)
Portaal Portal.svg Verenigde Staten
De toetreding van de staten per jaar in chronologische volgorde

Hieronder staat de geschiedenis van de Verenigde Staten, van de prehistorie tot aan de hedendaagse geschiedenis. In het kleinste rechts zie je een overzicht van alle tijdperken (eras) in de Amerikaanse geschiedenis.

De Verenigde Staten ontstonden in 1775, toen de 13 Britse koloniën zich onafhankelijkheid verklaarden. Zij werden als land erkend na de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog. Hierna breidden de Verenigde Staten zich uit van het oosten naar het westen. De Verenigde Staten kochten gebieden en voerden oorlogen met Mexico om gebieden te veroveren. De slavernij zorgde voor het ontstaan van de Amerikaanse Burgeroorlog, waarna de slavernij werd afgeschaft. Hierna maakte de Verenigde Staten een periode van groei door. Rond 1900 waren de Verenigde Staten de grootste economische macht ter wereld. Na de Eerste en Tweede Wereldoorlog werden duidelijk dat de Verenigde Staten ook een militaire macht waren geworden. Na de Tweede Wereldoorlog voerden de Verenigde Staten de Koude Oorlog met de Sovjet-Unie, die tot 1989 duurde. Vanaf 1991 waren de Verenigde Staten de supermacht in de wereld; hoewel ze worden ingehaald door China.

Koloniale periode (Colonial Era)

Voor de komst van de kolonisten

Eerste pogingen

13 Britse koloniën

Revolutionaire (Revolutionary Era)

Aanloop naar de Revolutie

De Amerikaanse Revolutie

De grondwet

Na de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog was er onduidelijk over wat er moest gebeuren met de 13 onafhankelijke staten. De staten hadden allemaal een eigen parlement, eigen wetten, regels, regeringen, gouverneurs en legers. De staten hadden geen gezamenlijk bestuur tot net voor de oorlog. Toen kwamen de regeringen van de staten samen wegens de oorlog, maar dit ging vooral over de oorlog zelf. Een groep revolutionairen vond dat de staten onafhankelijke landen moesten worden en geen gezamenlijke overheid moesten hebben. Er was echter angst dat de staten dan oorlog tegen elkaar zouden voeren of dat de Britten de staten nog een keer zouden aanvallen. Ook konden buitenlandse zaken en defensie beter samen geregeld worden. In 1781 werden de Artikelen van Confederatie aangenomen, waardoor het eerste gezamenlijke bestuur ontstond. Dit was het officiële ontstaan van de Verenigde Staten van Amerika. De ene groep revolutionairen vonden de Artikelen van Confederatie meer dan genoeg. Zij vonden dat een sterke federale overheid minder rechten voor de staten zelf (state rights) betekenden. In deze tijd voelden mensen zich ook meer verbonden met hun staat dan met de Verenigde Staten. De Artikelen van Confederatie hadden echter vele problemen. Er was geen president, waardoor niet één iemand verantwoordelijk was voor de regering. Ook kon de federale overheid geen regels maken voor handel tussen staten en kon zelf geen belastingen heffen. Hierdoor was de federale overheid afhankelijk van wat de staten hen gaven.

Deze tekortkomingen leidde tot een nieuw document, de Amerikaanse grondwet. De Amerikaanse grondwet moest een sterke federale overheid stichtten, maar met behoud van de state rights. De grondwet werd opgesteld door de revolutionairen op een conferentie in Philadelphia in februari 1787. De grondwet werd verdedigd door John Jay, Alexander Hamilton en James Madison in de zogeheten Federalist Papers, waarin de grondwet werd uitgelegd. In de grondwet bestaat uit zes artikelen, die werking van de federale overheid (artikel 1 t/m 3) en de rechten en verantwoordelijkheden van de federale en statelijke overheid (artikel 4 t/m 6) uitlegt. Op de grondwet kwam ook veel kritiek, vooral van Thomas Jefferson. Hij vond dat de rechten van Amerikanen niet door grondwet beschermt werden. In 1791 werd daarom de zogeheten Bill of Rights aangenomen, een lijst van 10 rechten van Amerikaanse staatsburgers. Hierin staat onder meer de vrijheid van meningsuiting (artikel 1), het recht op wapenbezit (artikel 2) en het recht op een eerlijk proces (artikel 5). De grondwet moest door alle 13 staten aangenomen worden. Delaware was de eerste staat, terwijl Rhode Island als laatste de grondwet aannam in 1790. Rhode Island - de kleinste staat van de Verenigde Staten - wilde eerst niet tekenen, aangezien het bang was weinig te zeggen te hebben. Veel andere kleine staten, zoals New Hampshire en Connecticut waren hier ook bang voor. Tijdens het maken van de grondwet werd daarom besloten dat het Amerikaans Congres uit twee kamers zou bestaan; het Huis van Afgevaardigden (waarin de grotere staten meer macht zouden hebben) en de Senaat (waarin de kleinere staten meer macht zouden hebben). Dit wordt de zogeheten Connecticut-compromis genoemd. Vermont, dat zich tijdens de oorlog van New Hampshire had afgescheiden, trad in 1791 als eerste niet-koloniale staat toe.

Ondertussen werd George Washington middels verkiezingen in 1789 verkozen tot de eerste president van de Verenigde Staten. Na de oorlog werd gevraagd of Washington koning wilde worden, maar Washington weigerde dit. Hij wilde namelijk niet de ene monarchie (Groot-Brittannië) vervangen door een nieuwe monarchie. Ook vond hij dat een monarchie tegen de waarden van de Verlichting en revolutie inging. Hierdoor werd in plaats van een koning een president gezien als staatshoofd. Washington stelde zich verkiesbaar, aangezien hij het meest populaire figuur binnen de Amerikaanse politiek was. Ook was Washington een stabiel en neutraal persoon.

19e eeuw (eerste helft)

Washington en de New Nation

George Washington, de eerste president van de Verenigde Staten

De periode na het aannemen van de grondwet en de verkiezing van Washington tot president wordt de New Nation (Nieuwe Natie) of Federalist Era (Federalistische periode) genoemd. De Verenigde Staten waren een jong land en daarnaast een van de eerste republieken in de wereld. Hoewel de Verlichtingsdenkers veel ideeën hadden, waren deze niet echt uitgewerkt. Veel ideeën waren abstract en veel Amerikanen konden zich er weinig bij voorstellen. Washington wilde eenheid stichten in het land en reisde daarom ook door het hele land. Daarnaast probeerde hij het land op te bouwen. Washington was geen lid van een politieke partij, aangezien hij vond dat politieke partijen alleen maar tot verdeling zouden leiden. Washington probeerde ook de politieke meningen in zijn regering een stem te geven. Thomas Jefferson werd hierdoor minister van Buitenlandse Zaken, terwijl Alexander Hamilton minister van Financiën was. Deze twee personen waren enorm verschillend. Jefferson was een slavenhouder uit het zuiden en een voorstander van state rights. Hamilton was een immigrant uit het noorden en voorstander van een sterke federale overheid. Jefferson wilde goede banden met Frankrijk, terwijl Hamilton goede banden met het Verenigd Koninkrijk wilde. Jefferson was een voorstander van meer democratie, terwijl Hamilton een aristocraat was. Hamilton had samen met vicepresident John Adams de Federalistische Partij gesticht, waarna Jefferson samen met James Madison de Democratisch-Republikeinse Partij gesticht had. Deze verschillen zorgden voor veel conflicten binnen de regering en Washington moest vaak inspringen. Washington was weliswaar neutraal, maar zijn opvattingen kwamen het meest overeen met de Federalistische Partij. Jefferson stapte hierdoor op een gegeven moment ook uit de regering in Washingtons tweede termijn. Hiervoor hadden Hamilton en Jefferson een gebied gekozen voor de bouw van een nieuwe hoofdstad, Washington D.C. De regering zat tot dat de stad af was in New York City en vervolgens Philadelphia.

Washington besloot zich na twee termijnen niet verkiesbaar te stellen. Hij had dit weliswaar kunnen doen, aangezien er toen nog geen limieten waren. Washington begon hiermee echter de ongeschreven regel dat een president maximaal twee termijnen zou dienen; wat door alle presidenten tot aan Franklin D. Roosevelt herhaald werd. Kort na de dood van Washington werd de hoofdstad Washington D.C. in gebruik genomen in 1800. Washington werd na verkiezingen opgevolgd door John Adams. Adams was echter niet heel erg populair. Hij tekende wetten, die de vrijheid van meningsuiting en persvrijheid onderdrukten onder druk van de regering en zijn vrouw. Hoewel Adams de marine stichtten, verloor hij de verkiezingen van 1800 aan Thomas Jefferson, wat het begin was van een nieuwe periode.

De Jeffersonian Era en de ontdekking van het westen

De periode waar Thomas Jefferson president was, van 1801 tot en met 1809, wordt ook wel de Jeffersonian Era genoemd. Jefferson was vicepresident onder Adams, maar dit bleek niet handig te zijn. In de grondwet stond namelijk dat de degene die eerste werd, president zou worden, terwijl de nummer twee vicepresident werd. Dit betekende dat de vicepresident lid kon zijn van de andere partij. Dit werd aangepast en sindsdien kiezen de presidentskandidaten een running mate, die tot vicepresident verkozen wordt als de kandidaat tot president verkozen werd. Jefferson koos Aaron Burr als zijn vicepresident. Jefferson geloofde in een kleine overheid, lage belastingen en veel zelfbestuur voor staten. Ook geloofde Jefferson dat de Verenigde Staten een landbouwparadijs moest worden en had een hekel aan de industrie. Jefferson geloofde daarnaast in democratie, hoewel dat in die tijd alleen voor rijke blanke mannen gold. Ook geloofde hij in vrijheid en was hij tegen slavernij, hoewel hijzelf een heleboel slaven had.

In de Jeffersion Era ondergingen de Verenigde Staten een aantal veranderingen. Zo kreeg het Amerikaans Hooggerechtshof veel meer macht, doordat het zichzelf de bevoegdheid gaf om uitspraken van de hooggerechtshoven van de staten omver te werpen. Jefferson wilde zijn droom voor een landbouwsamenleving realiseren door een groot stuk grond te kopen; het Louisiana-territorium van de Fransen. Napoleon Bonaparte wilde dit namelijk verkopen, om geld te krijgen voor zijn oorlogen in Europa en dat hij bang was het territorium door een opstand te verliezen, zoals in Haïti het geval was geweest. In Haïti brak namelijk de enige succesvolle slavenopstand in de geschiedenis uit, de Haïtiaanse Revolutie, waarbij slaven hun blanke slavenhouders vermoordden en verdreven. Dit leidde tot angst in het zuiden van de Verenigde Staten, waar slavernij veel voorkwam. Bevrijde slaven werden daarom naar Liberia gestuurd en het bevrijden van slaven werd gedurende deze periode veel lastiger. Jefferson kocht het gebied van Frankrijk in de aankoop van Louisiana; de Verenigde Staten verdubbelden hierdoor in grootte. Zijn vicepresident Aaron Burr probeerde overigens het gebied onafhankelijk te laten verklaren met behulp van de Spanjaarden, maar deze samenzwering werd ontmaskerd en Burr moest aftreden. In de expeditie van Lewis en Clark werd dit gebied ontdekt. In de Verenigde Staten ontstond ook het idee dat de Amerikanen zeggenschap hadden over het gehele Amerikaanse continent (Manifest Destinity). Dit leidde ertoe dat er actief pogingen werden gedaan nieuwe gebieden te veroveren. Toen er oorlog uitbrak tussen Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk besloot Jefferson alle buitenlandse handel stop te zetten. Hiermee creëerde hij een economische crisis en zorgde hij juist dat in de Noordelijke Staten meer industrie werd gedaan. Na twee termijnen besloot Jefferson zich niet meer verkiesbaar te stellen.

Madison en de Oorlog van 1812

Zie Oorlog van 1812 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Oorlog op zee tijdens de Oorlog van 1812

Jefferson werd opgevolgd door James Madison. Madison was voorstander van de uitbreiding van de Verenigde Staten, zoals veel Amerikanen in die tijd. Madison wilde Canada, toen een Britse kolonie, toevoegen aan de Verenigde Staten. Madison dacht dat de Britten te druk waren met de oorlogen tegen Napoleon in Europa en de Verenigde Staten hierdoor Canada snel konden veroveren. Madison kreeg de support van bijna alle Amerikaanse staten. Het probleem was dat iedere staat een eigen leger had en er geen gezamenlijk, georganiseerd leger was voor het gehele land. Ook had men het Britse leger dat in Canada was overschat en was er weinig geld voor het voeren van de oorlog. De oorlog vond in drie gebieden plaats. Rond de Grote Meren vielen de Amerikanen Canada binnen, maar werden vrij snel alweer gedreven door de Britten. De Britten stuurden ook een leger naar Canada, aangezien Napoleon bijna verslagen was. Dit leidde tot een blokkade van de kust van de Verenigde Staten. Amerikaanse en Britse schepen vielen elkaar aan. Ook werd de haven van New Orleans door de Britten bezet, maar generaal Andrew Jackson wist de Britten te verdrijven in de beroemde slag bij New Orleans.

De Britten vielen ook Chesapeake Bay binnen in 1814, waarna ze Washington D.C. in de brand stoken. De oorlog werd opgelost in 1815 en had geen duidelijk winnaar. De twee landen sloten vrede, hoewel geen van de twee landen gebieden had gewonnen. Beide landen waren economisch uitgeput, maar toch werd het einde van de oorlog door de Amerikanen als overwinning gezien. De oorlog van 1812 zorgde ervoor dat de Amerikanen zich bewust werden van hun zelfstandigheid en hun land. De Amerikanen werden trotser op hun land.

Madison werd tijdens de oorlog met weinig tegenstand herkozen, mede doordat iedereen afgeleid was door de oorlog. Tijdens de oorlog was de Federalistische Partij ineengestort en hield op met bestaan. De reden hiervoor was dat de Federalisten pro-Brits waren en de Britten de Amerikanen aanvielen. Ook was er na de dood van Alexander Hamilton geen duidelijk leider meer. De Democratisch-Republikeinen bleven als enige bestaan en kozen James Monroe als hun kandidaat, die tot president werd verkozen.

Monroe en de Era of Good Feelings

De Missouri-compromis:
     De vrije staten (geen slavernij)
     De slavenstaten (wel slavernij)
     De Slave scar: nieuwe staten ten noorden van de lijn werden automatisch vrije staten, nieuwe staten ten zuiden van de lijn slavenstaten

In 1817 volgde James Monroe James Madison op als president. Het presidentschap van James Monroe en zijn opvolger John Quincy Adams staan bekend als de Era of Good Feeling (Tijdperk van goede gevoelens). De staten probeerden namelijk door overeenkomsten en compromissen gezamenlijk oplossingen te bedenken voor hun problemen. Het grootste probleem was de slavernij. In de Verenigde Staten waren er op dat moment even veel slavenstaten als vrije staten. Dit werd als goed gezien, aangezien geen van de twee groepen een meerderheid hadden. De slavenstaten vreesden dat als de vrije staten de meerderheid hadden zij de slavernij in de gehele Verenigde Staten zouden afschaffen, de vrije staten vreesden juist het omgekeerde en waren bang dat de slavernij toegestaan werd in de gehele Verenigde Staten. In 1820 wilde Missouri als slavenstaat toetreden, maar de vrije staten wilden dit niet. Monroe bedacht samen met de Senaat de Missouri-compromis; voor iedere slavenstaat die wilde toetreden, moest ook een vrije staat toetreden. Op deze manier bleef er een balans en zou geen van de twee groepen een meerderheid hebben. Maine (dat voorheen onderdeel was van Massachusetts) trad daarom samen met Missouri toe. In de jaren hierna traden nieuwe staten daarom steeds in paren toe. Op buitenlands gebied wilde Monroe de Verenigde Staten uit de Europese politiek houden. De Verenigde Staten zouden zich enkel bemoeien met het Amerikaans continent. Dit wordt de Monroedoctrine genoemd en bleef tot aan de Eerste Wereldoorlog belangrijk. Monroe steunde de onafhankelijkheidsbewegingen in Latijns-Amerika, wat de Verenigde Staten bleven doen.

James Monroe en zijn regering

Onder Monroe brak er in 1819 een grote economische crisis uit, maar had geen invloed op Monroes populariteit. Hij werd herkozen en tijdens zijn tweede termijn groeide de economie zelfs. Monroe kocht Florida aan de Spanjaarden aan en liet de infrastructuur verbeteren. Ook onderhandelde hij de Amerikaans-Canadese grens met de Britten. Na zijn tweede termijn besloot Monroe zich niet meer verkiesbaar te stellen, waarna er verschillende kandidaten waren. De verkiezingen van 1824 waren enorm omstreden, aangezien geen een van de kandidaten een meerderheid had. Hierdoor moest het Amerikaans Congres beslissen wie de president werd. Henry Clay, die de meeste stemmen had, gaf zijn stemmen hierdoor aan John Quincy Adams, die zelf op de derde plek stond. Clay wilde hiermee voorkomen dat generaal Andrew Jackson aan de macht kwam, die zelf op de tweede plek stond. Adams werd president, maar was enorm onpopulair. Veel Amerikanen vonden dat hij onterecht president geworden was en Jackson vond dat er fraude was gepleegd. Jackson stichtte vervolgens de Democratische Partij met Martin Van Buren en wist Adams te verslaan tijdens de verkiezingen van 1828.

De Jacksonian Era

President Andrew Jackson

De periode waarin Andrew Jackson, en zijn opvolger Martin Van Buren, president waren wordt de Jacksonian Era genoemd. Jackson was de eerste president, die niet uit de hogere klasse kwam. Tegen de tijd dat Jackson president werd konden in de meeste staten alle mannen stemmen ongeacht hoeveel geld ze hadden. Jackson werd gezien als de "president van het volk", aangezien hij de eerste president was die door de gewone man gekozen werd. Jackson was een groot voorstander van de democratie en wilde de Verenigde Staten democratischer maken. Daarom noemde hij zijn partij ook de Democratische Partij. De partij kwam op de gewone man en was vooral in landelijke gebieden erg populair. De partij was tegen de bankiers, rijke mensen en beleggers, terwijl het voorstander was van de slavernij. Jackson trok veel macht naar zich toe. In reactie hierop werd de Whig Party gesticht, die juist populair was onder bedrijven, beleggers en rijke mensen.

Jackson verhoogde invoerrechten, waardoor hij het aan de stok kreeg met South Carolina. De staat wilde zelfs uit de Verenigde Staten stappen. Jackson zorgde ervoor dat de Amerikaanse regering het leger kon inzetten voor het ophalen van belastingen. Jackson dreigde ook met militair ingrijpen als South Carolina uit de Verenigde Staten zou stappen, waardoor de staat dit niet deed. Jackson verplaatste ook vele inheemse stammen van de oostkust naar het westen van de Mississippi op gedwongen wijze. Dit leidde tot dingen als de Trail of Tears en de Trail of Deaths onder president Van Buren. Jackson voerde daarnaast nog een strijd tegen de banken en was de laatste president die de volledige staatsschuld afloste. Hierdoor zou hij na zijn presidentschap een economische crisis veroorzaken, waarvan Van Buren de schuld kreeg. Daarnaast liet Jackson veel overheidspersoneel ontslaan en vervangen door mensen die hem trouw waren. Jackson wilde hiermee voorkomen dat mensen te veel zouden profiteren van banen bij de overheid, maar dit leidde ertoe dat personeel eerder werd gekozen op basis van politieke voorkeur dan op wat iemand daadwerkelijk kon. Desondanks as Jackson populair en was een stuk democratischer dan zijn voorgangers. Na twee termijnen werd Jackson opgevolgd door Van Buren. Van Buren kreeg te maken met de economische crisis en werd uiteindelijk opgevolgd door William Henry Harrison in 1841.

De uitbreiding naar westen

Harrison zou echter niet lang president blijven. Een maand na zijn beëdiging overleed hij, waarna een grondwettelijke crisis uitbrak. In de grondwet was namelijk niet opgenomen, wat er zou gebeuren als een president kwam te overlijden. Zijn vicepresident, John Tyler, stelde voor dat de vicepresident de president in zo'n geval opvolgde. De rest van de regering en het Amerikaans Congres ging hiermee akkoord, mede doordat men geen nieuwe verkiezingen wilde houden zo snel na de vorige verkiezingen. Tyler was lid van Whig Party, maar ging vaak tegen zijn partij in. Hierdoor kreeg hij ruzie met de partij en werd zelfs uit de partij gezet. Tyler werkte op veel gebieden samen met de Democraten. Net als veel Democraten wilde Tyler Texas toevoegen aan de Verenigde Staten. Texas was onderdeel van Mexico, maar veel Amerikaanse kolonisten waren naar het gebied gegaan. Hierdoor woonden er meer Amerikanen dan Mexicanen in het gebied. In 1836 kwamen de Amerikaanse kolonisten in opstand tegen de Mexicaanse overheid en verklaarden zich zelfstandig; de republiek Texas. De Amerikaanse kolonisten wilden dat Texas werd opgenomen als staat; iets was Jackson ook wilde. Hoewel Jackson geen president meer was, had hij nog steeds grote invloed op de politiek. Tyler tekende aan het einde van zijn presidentschap een wet waardoor Texas kon worden opgenomen als staat. Dit kon omdat de Democraat James K. Polk tot president was verkozen.

Polk was beloofde in zijn campagne de uitbreiding van de Verenigde Staten. Hij wilde dat de Verenigde Staten werden uitgebreid naar het westen. Het westen bestond toen uit de Mexicaanse provincie Alta California en het Amerikaans-Britse Oregonterritorium. Polk beloofde Texas toe te voegen als staat en deed dit ook. Dit leidde tot woede bij de Mexicaanse overheid, aangezien zij Texas nog steeds zagen als hun grondgebied. Dit leidde tot spanningen in de regio. Daarnaast was het onduidelijk waar de grens tussen Texas en Mexico lag, waardoor Polk geloofde dat de Mexicanen Texas waren binnengevallen. In 1846 brak hierdoor de Mexicaans-Amerikaanse Oorlog uit. De oorlog was een nederlaag voor Mexico, dat niet op kon tegen het sterkere Amerikaanse leger. Naast Texas kregen de Verenigde Staten ook de provincie Alta California in handen. Ook in dit gebied waren veel Amerikaanse kolonisten gevestigd voor de zoektocht naar goud. Goud werd gevonden in Californië, wat leidde tot de goudkoorts en veel immigratie naar de staat. In 1848 gaf Mexico zich over en de gebieden werden overgedragen aan de Amerikanen. Ondertussen had Polk het Oregonterritorium verdeeld met de Britten door de grens tussen Canada en de Verenigde Staten door te trekken. Hierdoor waren de Verenigde Staten in grootte verdubbeld. Polk besloot, ondanks zijn populariteit, zich niet verkiesbaar voor een tweede termijn te stellen. In 1849 werd hij opgevolgd door generaal Zachary Taylor.

Taylor, die weinig van politiek wist, had kreeg meteen te maken met een probleem. Californië wilde toetreden als staat, maar de Slave scar liep precies door de staat heen. Daarnaast wilden de slavenstaten dat de slavernij uitgebreid moest worden naar de nieuwe gebieden, terwijl de vrije staten dit niet wilden. De Missouri-compromis bleek niet meer te werken en daarom was een nieuwe compromis nodig. Taylor overleed echter in 1850 en werd opgevolgd door zijn vicepresident Millard Fillmore.

19e eeuw (tweede helft)

Aanloop naar de Burgeroorlog

De Amerikaanse Burgeroorlog

De Reconstructie

De Gilded Age

20e eeuw (eerste helft)

De Progressive Era

De Eerste Wereldoorlog

De Roaring Twenties

De Grote Depressie

De Tweede Wereldoorlog

De Koude Oorlog

Truman en de Fair Deal

Eisenhower en de New Look

Kennedy en de New Frontier

Lyndon B. Johnson en de Great Society

Richard Nixon en New Republicanism

Ford en Carter

De Reagan Revolution en Bush Sn.

Sinds 1991

Bill Clintons One America

Bill Clinton met zijn vrouw, Hillary Clinton, die veel plannen voor de gezondheidszorg maakte.

De jaren '90 werden gezien als een positieve periode in de Amerikaanse geschiedenis. Door de val van het communisme en de Sovjet-Unie bleven de Verenigde Staten over als de enige supermacht in de wereld. China was weliswaar bezig met een opmars, maar zou pas rond 2010 een echte macht worden. Tijdens de verkiezingen van 1992 werd Bush verslagen door de Democraat Bill Clinton. Clinton was een gematigde Democraat uit het zuiden, die streng was op het gebied van criminaliteit en de gezondheidszorg wilde hervormen. Onder Clinton groeide de economie enorm en daalde de werkloosheid ook. Daarnaast waren er geen grote oorlogen of internationale conflicten. Hierdoor waren de jaren '90 juist een erg rustige periode, waarin de Verenigde Staten de leider van de wereld waren. Clinton probeerde tijdens deze tijd de banden met Rusland te verbeteren, het aantal kernwapens te verminderen en zette zich in om de oorlogen in Joegoslavië te beëindigen. Clintons presidentschap werd ook gekenmerkt door schandalen, waarvan het Lewinsky-schandaal het bekendste is. De Republikeinen begonnen een afzettingsprocedure tegen Clinton in 1999, maar deze haalde het niet.

Door de Republikeinse meerderheid in het Amerikaans Congres kon Clinton veel van zijn plannen niet doorvoeren. Vooral op het gebied van gezondheidszorg moest Clinton snijden in zijn plannen. Clinton wilde alle Amerikanen een zorgverzekering geven, maar dit mislukte. De staatsschuld was namelijk enorm hoog. Onder zijn voorganger was men al begonnen met het verhogen van belastingen en bezuinigen. Onder Clinton waren er begrotingsoverschotten; de overheid had meer inkomsten dan uitgaven. Sindsdien is dit meer gebeurd.

George W. Bush en de strijd tegen terrorisme

Bestand:Ebzks.jpg
De aanslagen op 11 september 2001
President Bush

De verkiezingen van 2000 zijn een van de meest omstreden in de Amerikaanse geschiedenis. Clintons vicepresident, Al Gore, was de Democratische kandidaat, terwijl George W. Bush de Republikeinse kandidaat was. Al Gore sprak zich sterk uit voor maatregelen tegen klimaatverandering, terwijl Bush meer om het bedrijfsleven gaf. Tijdens de verkiezingen moesten de stemmen in de staat Florida hertelt worden, waardoor de uitslag onzeker was voor weken. Na een maand besloot het Hooggerechtshof om het tellen van de stemmen in Florida te stoppen. Bush werd uitgeroepen tot winnaar, terwijl Gore meer stemmen in het algemeen had. Dit was slecht voor de populariteit van Bush, maar Gore legde zich bij de uitspraak neer. Bush kreeg al een paar maanden in zijn presidentschap te maken met een grote ramp; de aanslagen op 11 september 2001. Terreurorganisatie Al Qaida had twee passagiersvliegtuigen laten crashen in de Twin Towers in New York City en één in het Pentagon nabij Washington D.C. Het vierde vliegtuig crashte in een weiland, nadat passagiers de kapers hadden overmeesterd, en was waarschijnlijk bestemd voor het Capitool of het Witte Huis. Osama bin Laden zat achter de crash.

De aanslagen zorgden voor de zogeheten strijd tegen terrorisme. Dit betekende dat de Verenigde Staten en bondgenoten Afghanistan binnenvielen in 2001. In 2003 vielen ze ook Irak binnen tijdens de Irakoorlog; de Iraakse dictator Sadam Hoessein zou massavernietingswapens hebben (al was dit achteraf een leugen van de Amerikanen). De angst door de strijd tegen terrorisme zorgde ervoor dat Bush een twee termijn won tijdens de verkiezingen van 2004, waar hij John Kerry versloeg. Nadat geheime stukken uitkwamen daalde de populariteit van Bush echter. Ook kreeg Bush te maken met de Kredietcrisis in 2007; de ergste economische crisis sinds de Grote Depressie. Ook het etnisch profileren van de politie en zijn optreden tijdens de orkaan Kathrina zorgde voor een dieptepunt in de populariteit van Bush. In 2004 werd Massachusetts de eerste staat waar het homohuwelijk legaal werd; slechts een jaar daarvoor (in 2003) werd homoseksualiteit legaal in alle staten. Vanaf 2004 voerden steeds meer staten het homohuwelijk in.

Barack Obama:Yes We Can

President Barack Obama.jpg

Doordat Bush erg onpopulair was aan het einde van zijn presidentschap, werd ook de Republikeinse Partij erg onpopulair. Dit had gevolgen tijdens de verkiezingen van 2008. De Republikeinen hadden de gematigde senator John McCain als hun kandidaat, terwijl de Democraten Barack Obama als kandidaat hadden. De verkiezingen waren historisch, aangezien Obama de eerste Afro-Amerikaanse kandidaat voor een grote partij was. Ook was de running mate van John McCain, Sarah Pallin, de eerste vrouwelijke Republikeinse running mate. Obama won de verkiezingen met een grote meerderheid en werd meteen geconfronteerd met de Kredietcrisis. Obama had in zijn campagne beloofd de crisis op te lossen en om de publieke gezondheidszorg uit te breiden. Dit laatste staat bekend als de Patient Protection and Affordable Care Act (Obamacare), dat in 2010 werd aangenomen. Obama zorgde daarnaast dat bedrijven als General Motors en Chrysler niet failliet gingen, waardoor banen behouden bleven. Obama wilde samenwerken met de Republikeinen, maar hier kwam weinig van. Tijdens Obama's presidentschap zouden de partijen meer en meer uit elkaar groeien. De Republikeinen hielden veel radicale plannen van Obama tegen. Dit had mede te maken met de opkomst van de Tea Party, een rechtste partij die strijdt voor een kleine overheid.

Obama wist de verkiezingen van 2012 te winnen van de Republikein Mitt Romney. Hoewel Obama door veel gematigde Amerikanen als goede president werd gezien, is er ook veel kritiek op hem geweest. Sommige bekritiseerden hem voor het doorgaan in de strijd in Afghanistan, de opkomst van Islamitische Staat in Irak en een zwak beleid richting China. Anderen vond dat hij te weinig deed om de situatie van minderheden te verbeteren en de overheid te veel of juist te weinig liet doen. Enkele successen van Obama zijn het klimaatakkoord van Parijs uit 2015 en het opsporen van Osama bin Laden. Ook had Obama weinig schandalen, zeker in vergelijking met zijn voorganger en opvolger. Onder Obama werd ook het homohuwelijk legaal in de gehele Verenigde Staten na een uitspraak van het Hooggerechtshof in 2015.

Donald Trump en America First

Donald Trump at Hershey PA on 12 15 2016 Victory Tour x 02.jpg

Na twee termijnen Obama werd Hillary Clinton, de vrouw van voormalig president Bill Clinton, de Democratische kandidaat voor de verkiezingen van 2016. Clinton was de eerste vrouwelijk presidentskandidaat voor een grote Amerikaanse politieke partij. De Republikeinen kozen zakenman en televisiester Donald Trump als hun kandidaat. Hoewel Clinton 3 miljoen stemmen meer won, wist Trump meer kiesmannen te winnen en won daarmee de verkiezingen. Trump stond bekend om de zin Make America Great Again, waarmee hij de Verenigde Staten weer een wereldmacht wilde worden. Volgens hem ging er veel geld naar zinloze oorlogen en verdween veel industrie naar China. Trump voerde een handelsoorlog met China en later ook de Europese Unie. Hij liet een grensmuur met Mexico bouwen om migranten tegen te houden. Trumps beleid kan samengevoegd worden in America First; bij internationale politiek moesten de Verenigde Staten op de eerste plek komen.

Het Capitool wordt bestormd

Trump wilde veel ongedaan maken wat Obama geregeld had; wat hem niet helemaal lukte. Onder Trump groeide de economie enorm. Ook waren er veel protesten zowel voor als tegen Trump. Organisaties als Black Lives Matter spraken zich uit tegen zijn racistische opmerkingen, zijn meegaan in complottheorieën en zijn vele berichten op Twitter. Tijdens de coronapandemie werden de Verenigde Staten hardgeraakt. Tijdens zijn presidentschap braken protesten uit van #MeToo en over de dood van George Floyd. Door de pandemie zakte de economie in elkaar. Tegen Trump werden twee afzettingsprocedures gestart, die beide niet doorgingen. Tijdens de verkiezingen van 2020 verloor hij de verkiezingen aan de Democraat Joe Biden. Trump stelde echter dat de verkiezingen gefraudeerd waren en accepteerde de uitslag niet. Hierdoor ontstond er veel woede onder zijn aanhangers, waarvan enkelen op 6 januari 2021 het Capitool in Washington D.C. bestormden.

Bronnen

Videos

Boeken en websites

  • (en) Maurois, A. (1969). An Illustrated History of the United States. Uitgeverij: Roudley Head.
  • (en) Mauk, D. and Oakland, J. (2018). American Civilization: An Introduction (7e editie). Uitgeverij: Roudledge.
Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Geschiedenis_van_de_Verenigde_Staten&oldid=681048"